MENU

Tijd voor eerherstel: suiker is niet giftig

Bent u toe aan uw dagelijkse portie pessimisme, google dan eens op ‘suiker’. Dan ontvouwt zich een omineuze, zelfs duivelse wereld. Suiker is het nieuwe roken, gevaarlijker dan alcohol, desastreus voor het brein, veroorzaker van premature sterfte. Suiker als veroorzaker van bijna alle niet-besmettelijke ziektes. De overheid moet ingrijpen, anders sterft de mensheid uit, durft een ‘deskundige’ te roepen. Moeders worden overstelpt met mythes, bijvoorbeeld over de relatie ADHD en suiker, zoals Ionica Smeets in Zoete kinderen eten geen suiker aantoont.

Dat de mensheid de laatste decennia meer suiker consumeert, is evident. Dat suiker, verstopt in drankjes en tussendoortjes, ongemerkt bijdraagt aan extra calorieën, tandbederf en andere narigheid, ook. Toch weten de meesten weinig over suiker. En dat is raar. Het is mode om te dwepen met waar brood, kaas of ham vandaan komen, maar voor suiker is geen serieuze belangstelling. Wie vraagt zich af of hij riet- of bietsuiker eet, of beseft dat suiker uit meer planten (maïs of wortel) kan worden geëxtraheerd? Wie het verschil weet tussen basterd- en kristalsuiker mag het zeggen (nee, basterdsuiker is niet natuurlijker). Het is blijkbaar voldoende om suiker te diaboliseren.

Toch is het een fascinerende groep stoffen. Zonder suiker geen leven. Planten leggen zonne-energie vast in suikers. Suiker is ongelooflijk veelzijdig: het zit in het pantser van insecten, houtvezels, melk en honing. Zonder suiker geen duurzame toekomst in de vorm van biobrandstoffen en biomaterialen. Suiker helpt voedsel beter te bewaren, te verpakken en smaken te versterken. Bijna ieder mens houdt van suiker, waarschijnlijk omdat het een makkelijk opneembare calorieënbron is.

Wat angstige consumenten suiker noemen, betreft een klein deel van het grote aantal complexe suikermoleculen, en dan vooral de toegevoegde suikers. Eeuwenlang was suiker een kostbaar product, vaak in de vorm van marsepein, dat zich pas langzaam naar Europa verspreidde, met de Arabische veroveringen van Spanje. Suiker volgde de koran, schreef historicus Sidney Mintz. Pas de suikerbiet, als alternatief voor het tropische suikerriet, en de afschaffing van de belasting op suiker aan het einde van de 19e eeuw, leidde tot consumptiegroei in Europa.

Zou het nu helpen om suiker opnieuw te belasten? Niet in zijn algemeenheid, denk ik, maar mogelijk wel als de belasting specifiek gekoppeld wordt aan onnodige, toegevoegde suikers in frisdrank, zoals de Wereldgezondheidsorganisatie voorstelt. Er zijn echter weinig aanwijzingen dat een kleine verhoging in prijs koopgedrag sterk beïnvloedt, er zijn immers meer redenen om een product te kiezen. Lagere inkomensgroepen kunnen door suikertaks juist benadeeld worden. Suiker is niet als tabak een onnodige stof die je gerust kunt belasten (en dan nog blijven juist arme consumenten relatief meer consumeren). In plaats van belasting te heffen kun je ook kinderen belonen als ze geen suiker eten. We weten dat financiële prikkels op allerlei terreinen werken en goede gewoontes kunnen kweken. Helaas kost die oplossing geld, in tegenstelling tot een suikerbelasting die geld oplevert. Zou dat, net als in de 19e eeuw, de reden zijn waarom er ineens zoveel enthousiasme bestaat voor suikertaks?

Suiker is dodelijk noch giftig, en behoort, in kleine hoeveelheden, in een normaal voedselpatroon. Misschien wordt het tijd voor een rehabilitatie: authentieke suiker, in kleinschalige suikerfabriekjes, verpakt in snoezige geruite baaltjes of goudkleurige kuipjes, een luxe product voor speciale gelegenheden. Net als vroeger.

Louise O. Fresco
NRC handelsblad, 2 november 2016