MENU

ENA, niet afschaffen maar verbeteren

Wat bezielde president Macron met zijn aankondiging dat hij de École Nationale d’Administration (ENA) wil opheffen, het instituut dat hemzelf zo succesvol heeft gevormd? Wie onderdeel van de elite is, moet weloverwogen reageren en niet halsoverkop toegeven aan populistisch geroep. In Frankrijk is altijd gediscussieerd over elites. Nu lijkt de bevolking om modernisering van de democratie te vragen, maar dat lukt niet door de elite haar bestaan te ontzeggen, wel door haar rol te corrigeren. De verwijten liegen er niet om, maar zijn bekend. De ENA zou een baantjesfabriek zijn, een corporale lobby waar men elkaar de hand boven het hoofd houdt, waar mensen met een migratie-achtergrond geen voet aan de grond krijgen. Maar ik werkte met veel afgestudeerden en kan dus uit ervaring zeggen dat het een formidabele opleiding is die voor grote coherentie in binnen- en buitenlands beleid zorgt. Een instituut ook dat doet waar Frankrijk en Europa op hameren: excellentie nastreven in een competitieve wereld. Terwijl de rankings van universiteiten als beurskoersen worden gevolgd en landen als China steeds meer investeren in onderwijs van topniveau, schaft Frankrijk een van zijn beroemdste, beste instituten af. Non! De ENA moet niet afgeschaft maar verbeterd worden. In plaats van een nationale commissie voor het stelsel van Grandes Ecoles, moet Macron een internationale commissie van wijzen (m/v) instellen om de ENA te evalueren op wetenschappelijke en maatschappelijke relevantie. Alvast een paar suggesties.

1. Bekijk de ENA niet in isolement. Het Franse systeem omvat andere Grandes Écoles, zoals de École des Mines, de École Polytechnique en de École Normale Supérieure. Maak de overstap tussen deze opleidingen makkelijker. Frankrijk heeft niet alleen behoefte aan excellente mensen in de filosofie, of de politieke en sociale wetenschappen, maar juist aan mensen die de brug kunnen slaan tussen disciplines, met name tussen de bèta- en de gammawetenschappen, en tussen overheid, burgers en bedrijfsleven.

2. Vraag je af hoeveel afgestudeerden er nodig zijn op welke terreinen. Hoe speelt ENA in op de snelle opmars van big data en digitalisering? Bekijk hoe zij-instromen verbeterd kan worden voor mensen die al een opleiding en een baan hebben (dit is al deels het geval, de gemiddelde leeftijd van de studenten is 31 jaar). Maak de ENA onderdeel van een programma voor levenslang leren.

3. Voorkom ‘inteelt’ en benoem docenten van buiten het systeem, en van buiten Frankrijk. Laat studenten stages doen in het buitenland en buiten de overheid.

4. Garandeer geen baan voor het leven bij de overheid, maar beoordeel énarques op hun merites, net als andere afgestudeerden.

5. Laat niets de toestroom van talent hinderen, en denk ook na over de huidige numerus fixus. Op ENA’s oorspronkelijke missie – toegankelijk zijn voor de meest talentvolle jonge burgers – is immers niets aan te merken. Versterk de pogingen om kansen op toelating gelijk te trekken: niet door de normen te verlagen, maar door gerichte, gratis voorbereiding voor het toelatingsexamen aan te bieden aan kandidaten van scholen en milieus die in hun context heel goed presteren, maar minder dan leerlingen van een toplyceum. Iemand die een acht haalt op een school in een achterstandswijk waar het gemiddelde een zes is, heeft waarschijnlijk meer doorzettingsvermogen dan iemand die een negen haalt in een klas van achten en negens. Overigens is ook het aantal vrouwen op de ENA nog onder de maat. Het afschaffen van het instituut, waar slechts honderd studenten per jaar worden toegelaten, is symboolpolitiek. Het bevorderen van relevantie, openheid en mobiliteit is het echte antwoord.

Louise O. Fresco
Column NRC Handelsblad, 6 mei 2019