MENU

Lezen is geen snelle zelfhulpcursus

Lezen is geen snelle zelfhulpcursus

Vakantie is voor mij onlosmakelijk verbonden met lezen. Met je verliezen in een boek, alleen nog vaag bewust van de omgeving, het getsjirp van krekels tussen de olijfbomen, de zwaluwen hoog boven je hoofd of het geluid van golven. Een van de dierbaarste herinneringen aan mijn jeugd was de dag voor vertrek. Dan nam mijn vader mij mee naar de boekhandel om voor iedereen leesboeken uit te zoeken. Het moeilijkste moment kwam als ik alle boeken uit had.

Zijn we nog in staat tot zo’n totale overgave? Uren achtereen lezen zonder afgeleid te worden door piepjes van apparaten, de noodzaak tot consumptie of conversatie? Met lezen bedoel ik niet bladeren in een tijdschrift of met vinger en ogen langs allerlei toevallige teksten glijden, maar serieus lezen: een echt boek, bij voorkeur dik, en liefst niet op een of andere ‘elektronische drager’. Door romans en literaire non-fictie, met name biografieën, verkennen we het menselijke bestaan, hoe verschillend levens zich ontvouwen. Ze getuigen van denkwijzen die wij zelf niet hebben, van andere waarden en normen, van onbekende vergezichten. Lezen is een unieke manier om ons bewustzijn te verbreden, om ons niet in het middelpunt van de wereld te wanen.

Lezen is een solitaire aangelegenheid ook al is er gezelschap in de buurt. Tenzij je voorleest, lees je alleen, verzonken in dat ene boek, in je eigen hoekje van de duinpan, in de schaduw van je eigen parasol. Je lichaam is aanwezig, maar de geest is elders, in een wereld van ijs en sneeuwstormen terwijl de thermometer 30 graden aanwijst. Je zit bijna onbeweeglijk, maar je geest racet in galop door de bergketens en vlaktes. Al lezend zweef je tussen hoop en wanhoop en zo bezweer je je eigen angsten. In dit selfie-tijdperk moeten de roman en de biografie een venster openen naar andere tijden, andere culturen, andere milieus. Lezen is geen snelle zelfhulpcursus, eerder zelfanalyse. Als het goed is, vervult lezen je met verstandige voornemens, om dapper en genereus te zijn, om moed te houden en begrip te tonen en het onvermijdelijke te aanvaarden. Op zijn minst kijk je met een andere blik naar je omgeving, zie je achter iedere façade een verhaal, in ieder menselijke wezen dat je tegemoet komt op straat een worsteling of een grote liefde. Door te lezen toets je je eigen relativiteit, besef je dat jouw omstandigheden niet vanzelf spreken. De multiculturele samenleving vraagt om lezen!

In lezen schuilt echter ook gevaar, zoals de Inquisitie, Stalin en vele anderen maar al te goed wisten. Lezen verandert je: in je hoofd spoken de zinnen van schrijvers, zo erg dat je je, met de Prins uit Het Zwarte Boek van Orhan Pamuk, kunt afvragen of je na het lezen nog wel jezelf bent. In een uiteraard gedoemde queeste besluit de Prins alle boeken in zijn rijk te vernietigen opdat hij zichzelf kan zijn, slechts gevoed door zijn eigen ideeën. Uiteindelijk blijkt het vernietigen van boeken onvoldoende en laat hij ook ieder voorwerp dat geladen is met herinneringen en verhalen van de aardbodem verdwijnen. Als zelfs dat niet helpt trekt hij zich terug van de mensheid, want ook mensen brengen gedachten bij hem teweeg die niet de zijne zijn.

De moraal: zonder de verhalen en gedachten van anderen ben je geen mens, vandaag al helemaal. Mocht zelfs dat niet genoeg zijn, bedenk dan dat lezen de meest milieuvriendelijke vorm van vakantie is. Als je een boek hebt, hoef je eigenlijk niet meer weg.

Louise O. Fresco
Column NRC handelsblad, 30 juli 2018