MENU

Klimaataanpak rust op ongeduld én realisme

Ooit was het gezegde dat als je op je twintigste geen communist was, je geen hart had, maar als je op je veertigste nog communist was, je geen verstand bezat. Er is ook een variant die toegeschreven wordt aan Churchill: socialist op je twintigste, maar conservatief op je veertigste. Onlogisch is dit niet. Als je ouder wordt, heb je letterlijk en figuurlijk meer te verliezen. Dan begrijp je het belang van de status quo en besef je de onmogelijkheid van al te radicale omwentelingen. In de meeste mensenlevens verschuift idealisme geleidelijk naar realisme. Hier en daar blijft er iemand zijn hele leven een verstokte activist, maar de meeste veertigers blijken ineens carrières, relaties en volle wasmachines te hebben. De zucht naar vernieuwing ingedikt tot een dak met zonnepanelen, havermelk en de auto aan de laadpaal.

Die spanning tussen de wens tot drastische verandering en het verlangen naar geleidelijkheid zullen we ook zien tijdens CoP26, de bijeenkomst in Glasgow van de tweehonderd landen die partij zijn bij het Akkoord van Parijs, die eind deze maand begint. Het doel is te rapporteren over de nationale inzet om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en te praten over de omvangrijke financiering, marktmechanismes voor koolstof, grootschalige energietransitie en aanpassing aan klimaatverandering. In de wandelgangen en buiten zullen de veelal jonge idealisten zich met verve roeren, terwijl regeringsleiders verklaren dat ze zo hun best doen.

Polarisatie is een groeiend probleem. De toon verhardt. Over de fundamentele diagnose (de mens draagt significant bij aan de versnelde opwarming van de aarde) is geen debat. Dat is er des te meer over wat er moet gebeuren en wanneer. Hier staan de trappelende idealistische twintigers lijnrecht tegenover de behoudende veertigplussers. Het gaat veel te langzaam, zeggen de eersten, we gaan nú blokkades opwerpen. Tut tut, zegt de gevestigde orde. We begrijpen jullie ongeduld, maar we kunnen niet ineens van fossiele brandstoffen afstappen of de markt overhoop halen. Hoepel op!, zeggen de jongeren, alles is geoorloofd als de mensheid en de aarde op het spel staan. Dat maakt de uitkomst van dit soort bijeenkomsten ambigu. We kunnen niet zo doorgaan, zal geroepen worden, maar doorgaan met het leven zoals het is, gebeurt natuurlijk wel.

Toch is dat laatste schijn. We gaan helemaal niet door op de oude voet! Denk even terug aan een generatie geleden. De transitie is er wel degelijk: minder luchtvervuiling, afnemend gebruik van kolen, energiebesparing, groene energie. Er is geen stad, geen bedrijf, geen instelling die geen klimaatplan heeft.

Het nadeel van de jeugd is dat jongeren die langere tijdschaal missen. Het voordeel van de jeugd is hun niet-aflatende ongeduld, het rammelen aan heilige huisjes. In Glasgow is er een onderwerp dat alle generaties moet aanspreken: nature-based solutions . Hoe kunnen we de natuur inzetten voor radicale veranderingen? Meer CO -opslag in oceanen, grasland, bomen en bodems, meer wolken boven de Noordpool om ijs te laten ontstaan? Of zelfs zonneschermen in de ruimte? In echt spannende innovaties is ruimte voor oud en nieuw, voor wereldschokkend elan naast weloverwogen realiteitszin.

Jongeren eisen terecht een plaats op aan de internationale en nationale conferentietafels. Maar de oplossingen zullen de inzichten van eerdere en latere generaties moeten combineren. Al kunnen ze het zich nog niet voorstellen, op een dag zullen ook zij tot de gevestigde meerderheid behoren. Want zo werkt de aloude cyclus van vernieuwing en consolidatie die gedurende de gehele menselijke evolutie van generatie naar generatie golft en voor alle innovatie zorgt.

Louise O. Fresco
NRC Handelsblad, 18 oktober 2021