MENU

Een echte Amerikaan kan het zelf

Een echte Amerikaan kan het zelf

Verenigde Staten De beroemde serie Het Kleine Huis is in de VS onverminderd populair, schrijft Louise O. Fresco. Evangelisten én hipsters waarderen het anarchisme van het strijdbare pioniersgezin uit de negentiende eeuw.

Het was een hard leven. Het onvruchtbare land werd met de hand of met een span paarden bewerkt, droogte en storm vernietigden meermaals de oogsten. Telkens werden de settlers gedwongen om met hun huifkarren verder te trekken, de onbekende wildernis in. Het was ook een mooi leven. Tussen de wilde grassen van de prairie waren de settlers vrij. Op iedere plek bouwde vader een nieuwe blokhut en terwijl hij bij de haard op zijn viool speelde, zette moeder hun dochters cakejes voor. Van niets maakten ze iets: in de winter kregen hun kinderen taartjes van sneeuw en dronken siroop van esdoorns. Soms aten ze water met broodkruimels. Maar ze waren samen, dapper en gelukkig.

Een opbeurend verhaal

Dit is de wereld van Laura Ingalls, auteur van de wereldberoemde Little House-boekenserie, waaronder het bekende Het Kleine Huis op de Prairie en Het Kleine Huis aan de Rivier en Het Kleine Huis in het Grote Bos. De boeken zijn gebaseerd op haar eigen levensverhaal, in de midwest in Amerika, en vertellen over het settlersgezin van Charles Ingalls, zijn vrouw Caroline en hun vier dochters.

Laura Ingalls Wilder (1867-1957) schreef de verhalen pas vanaf 1924, toen ze 57 jaar oud was. Daarvoor had ze jarenlang columns over het boerenbedrijf geschreven in een plaatselijke krant. Haar acht boeken maakten haar wereldberoemd en rijk; er werden zes miljoen exemplaren in 45 talen verkocht. In de jaren dertig van de vorige eeuw, na de crisis op de beurs en in de landbouw, waar grote stofstormen de prairies teisterden, de zogenoemde Dust Bowl, was er behoefte aan een opbeurend verhaal.

In de jaren zeventig, honderd jaar na de oorspronkelijke gebeurtenissen, werden Ingalls boeken verfilmd; eerst voor televisie (meer dan tweehonderd delen, goed voor verschillende Emmy Awards), daarna voor het grote doek. Ook toen, in de tijd van Vietnam, sociale veranderingen en studentenprotesten die bij veel mensen tot onzekerheid leidden, verwelkomde het grote publiek haar boodschap.

De lotgevallen van het gezin op de prairie werden in de televisieserie gestileerd tot een verhaal van eenvoudig geluk en koppig doorzettingsvermogen met een glansrol voor de vader die voor alles een oplossing had. Juist de details maakten de gebeurtenissen zo aantrekkelijk: de Ingalls zaagden bomen, vilden wild, maakten gebruiksvoorwerpen, herstelden kleding, karnden de melk. Maar het was vooral de blijdschap waarmee de dochters ieder succes van hun ouders begroetten die de serie tot een succes maakte. Ondanks alle tegenslag was het happy end nooit ver weg.

Al snel vond de televisieserie zijn weg naar het buitenland, waaronder Japan en Nederland. Het verhaal van een dapper jong meisje en haar zusters (een was blind), een altijd vindingrijke vader en een zorgzame moeder in hun kleine huis onder die onmetelijke prairiehemel had een universele aantrekkingskracht.

Het is geen toeval dat het verhaal van Laura Ingalls onverminderd populair is. Het appelleert aan rechts én links. Aan rechtse kringen, zoals die van de Evangelicals, die in zelfgenoegzame gemeenschappen buiten de grote steden leven en het recht op zelfverdediging eisen. Of de ultraconservatieve Tea Party, die in de Little House-boeken en -films een perfecte gids ziet om jongeren de juiste waarden bij te brengen. In een geschreven profiel over de leider van de Tea Party, Sarah Palin, werd haar zuster geciteerd; thuis lazen ze heel veel boeken, zei ze. Gevraagd naar enkele voorbeelden kon ze alleen Het Kleine Huis op de Prairie noemen.

Veel Amerikanen menen dat The Little House verplichte literatuur moet zijn – voor volwassenen welteverstaan. Het zwaar conservatieve blad National Affairs publiceerde in 2012 het essay ‘De lessen over Vrijheid’ van Laura Ingalls. Anderen omschrijven haar als het voorbeeld van de toegewijde en ondergeschikte huisvrouw. Door hun sentimentele toon zouden Ingalls boeken generaties kiezers rijp hebben gemaakt voor uiterst rechtse waarden, zo menen sommige commentatoren.

Feit is dat Rose, Laura’s dochter, correspondeerde met onder meer de Russisch/Amerikaanse filosofe en schrijfster Ayn Rand en diens ideeën, zoals ethische zelfzuchtigheid en laissez faire-kapitalisme, uitdroeg. Sommigen beweren dan ook dat Rose de eigenlijke auteur is, niet haar moeder.

Ook voor hipsters

Tegelijk trekt The Little House ook links aan. Laura bezong de natuur en de eenzaamheid van de mens en betreurde de vernietiging van bossen. Ze bewonderde wilde dieren. Het doden van dieren was soms noodzakelijk, maar de echte jager, zoals de vaderfiguur, respecteert hen en is niet bang. Daarmee appelleert Ingalls aan de radicale ecologische beweging die het neolithische dieet van voedsel uit het wild propageert en er met mes en geweer op uit trekt.

Met haar lyrische beschrijving van luchten gevuld met vogels vindt ze volgers in minder extreme kringen van vogelaars. Met haar pleidooi voor vrij zijn in de natuur is ze een directe echo van de Amerikaanse filosoof en natuuronderzoeker Henry David Thoreau.

Ook hipsters, die vinden dat je niet afhankelijk moet zijn van grote bedrijven voor wat je zelf kunt maken, omarmen haar. Laura en haar familie deden alles zelf: ze hakten hout, maakten kaas, breidden truien en Laura beschreef in groot detail hoe ze zelf een voordeur voor de grashut maakten – de ultieme DIY (do it yourself) En ze was daar trots op. Dat Laura’s familie geen keuze had, maakt voor de hipsters niet uit.

Anarchisme, in meer of minder milde vorm, van links of van rechts, is nooit ver weg in de VS.

Jeugdherinneringen

Ingalls boeken en serie hebben miljoenen Amerikanen beïnvloed – en doen dat nog altijd. Amerika kent een levendige Little House-cultuur; Ingalls handschriften worden als relikwieën gekoesterd, de huizen waar ze heeft gewoond zijn beschermd of herbouwd, haar naam prijkt op bibliotheken, haar (nagemaakte) lappendekens, jurken, recepten en handwerk- en tuinierlessen worden in meer dan twintig staten verkocht. Nog elke dag vertoont het digitale kanaal van de Amerikaanse zender NBC vier afleveringen van de televisieserie

Niet zelden wordt Ingalls verhaal gebracht als een morele les: een zoektocht dwars door Amerika naar een thuis, naar ‘familiebanden en pioniersgeest die ondanks alle tegenslagen ongebroken blijven’. Maar haar persoonlijkheid was complexer dan dat. Ze geloofde bijvoorbeeld ook in boeken en onderwijs, juist omdat ze die zelf had moeten ontberen.

De Kleine Huis-serie is grotendeels gestoeld op jeugdherinneringen. Maar dan wel de opgeschoonde vorm daarvan, want de realiteit van Laura’s leven was een heel andere, zoals Caroline Fraser aantoont in haar pas verschenen biografie, Prairie Fires, The American Dreams of Laura Ingalls Wilder. In een poging mythe en werkelijkheid te ontrafelen laat Fraser zien dat de ontberingen veel groter waren en dat wanhoop vaak nabij moet zijn geweest.

De prairie bijvoorbeeld, kon zo maar vlam vatten. Fragiele houten huizen verdwenen in een oogwenk in het vuur, of ze werden weggeblazen door tornados en verblindende sneeuwstormen, of weggespoeld in plotselinge overstromingen. Kinderen liepen blootvoets, vroren dood of stierven van de honger. Wie zich op de prairie begaf, werd belaagd door wolven en coyotes.

Het voortdurende wegtrekken naar een andere plek kwam voort uit armoede en nood – niet zozeer uit een verlangen naar vrijheid. Sterker nog, de settlers waren pionnen in een groot politiek spel tussen de overheid en de spoorwegen om het land open te leggen en in bezit te nemen. Pas in 1862, vlak voor Laura’s geboorte, waren de grote slachtpartijen tussen de Sioux-Dakota indianen en de blanke settlers tot een einde gekomen. De uiteindelijke overmacht van de laatsten maakte de weg vrij voor het koloniseren van de centrale vlaktes, de Great Plains. Daartoe beloofde de overheid 160 acres aan een ieder die land zou ontginnen en minimaal vijf jaar zou bebouwen. Dit programma, dat volledig voorbij ging aan de rechten van de oorspronkelijke inheemse stammen, was zo succesvol dat aan het einde van die eeuw 10 procent van de oppervlakte van de VS was weggeven aan 1,6 miljoen boeren.

De overheid bleek bovendien onbetrouwbaar, want waar ze de claims van de Indianen nog vreesde, nam ze vele settlers hun rechten weer af, waarna dezen verder naar het westen werden gedreven. Zo ook de Ingalls – die overigens niets met Indianen op hadden. Aan het eind van de jaren 1870 ontstond de zogenaamde Dakota Boom: ondanks waarschuwingen van landbouwwetenschappers dat het land onvruchtbaar en kwetsbaar was, werden duizenden settlers, onder wie vader Ingall en zijn gezin, aangemoedigd om zich in Dakota te vestigen, een desolate vlakte geteisterd door droogte en hitte afgewisseld met bittere vorst in de winter. Laura meldt niets hierover, maar roemt de zonsondergangen en „de zoete geur van de warme prairie, de lucht die vrijheid ademde…”

De Kleine Huis-serie eindigt op het moment dat de achttienjarige hoofdpersoon het huis uitgaat om te trouwen met een man even arm als haar vader. De echte Laura verloor haar eerste kind, haar man werd kreupel, de oogsten mislukten, hun eigenhandig gebouwde huis brandde af. Ze trokken naar het zuiden waar ze zich uiteindelijk vestigden in Missouri en Laura haar column begon. In de beurskrach en de crisis van de jaren dertig verloren ze net als de meesten van hun lotgenoten hun magere kapitaal.

Rechtse denker

Mede onder invloed van haar dochter Rose, die hielp haar jeugdherinneringen op te schrijven, veranderde ze in een fanatieke rechtse denker.

President Roosevelt beschouwde ze als een socialistische dictator. Met de Farm Bill, onderdeel van zijn New Deal, een antwoord op de combinatie van droogte, mismanagement en erosie die de Dust Bowl veroorzaakten, dwong Roosevelt de boeren tegen betaling de meest marginale prairies te verlaten om zo de natuurlijke graslanden te laten herstellen. Een overheid die hun vrijheid beknotte – het ging in tegen alles waar Laura Ingalls en haar familie voor stonden. Toen armlastige families ook nog uitkeringen kregen, terwijl de Ingalls het allemaal alleen hadden moeten doen, was de maat vol. „In mijn jeugd vroeg niemand om hulp!”, zei ze verontwaardigd in een speech in 1937.

De kern van Het Kleine Huis op de Prairie ligt in de eigenschap die Amerikanen ook nu nog het meest bewonderen: de pioniersmentaliteit. Laura Ingalls biedt de charmante versie van die norse mannen en verbeten vrouwen met zwijgende kinderen aan hun rokken die gedreven door een mengeling van overmoed en hang naar vrijheid door een meedogenloze maar ook bij vlagen adembenemende natuur trokken met hun krakkemikkige huifkarren, dwars door Amerika naar de westkust. Klagen was hen vreemd. Ze overwonnen koude, droogte, eenzaamheid en honger, vijandige Indianen en wilde dieren. Ze waren zelfvoorzienend tot in het extreme. Soberheid en hard werken vormden de grootste deugd.

In een wrange draai van de geschiedenis zijn de dorpen waar Laura Ingalls ooit doorheen trok inmiddels grotendeels verlaten. De oude manier van landbouw bedrijven is volledig verdwenen, grote graansilos en snelwegen doorsnijden het eentonige landschap van mais en soja. The Great Plains zijn fly-over states geworden, het hart van rechts Amerika.

Zo heeft de romantisering zich opgestapeld: Laura Ingalls Wilder deed alles om haar herinneringen te ontdoen van de echte ontberingen. De televisiebeelden polijsten het beeld nog meer. De ‘heritage’ industrie ten slotte, heeft de romantiek van het kleine huis op de prairie tot perfectie opgepoetst.

Laura Ingalls werd negentig jaar. Haar leven omspant een eeuw waarin de Verenigde Staten onherkenbaar veranderden. Maar een ding bleef constant; die onderstroom van hardnekkige onafhankelijkheid, de mythe dat een echte Amerikaan het zelf kan, dat de overheid zich nergens mee moet bemoeien.

Helemaal kunnen we haar haar strengheid niet kwalijk nemen: als je grotendeels opgroeit buiten de gemeenschap, lijkt ieder ander die om hulp van de staat vraagt, een zwakkeling. Het Kleine Huis symboliseert het verlangen naar de overschrijding van de frontier; naar een nieuwe, betere samenleving, niet materialistisch, maar een van eenvoud en genoeg.

De nostalgie naar dat niet-bestaande verleden past perfect bij het Amerika van president Trump. In die visie wordt Amerika niet groots door een beschermende overheid, maar door selfmade doorzettingsvermogen en samenhorigheid. Misschien gaat het te ver om ‘Make America Great Again’ direct af te leiden van The Little House, maar die slogan kan niet anders dan volgen uit de in het boek bezongen pioniersmentaliteit. „Have courage when things go wrong”, schreef Laura Ingalls.

Welke Amerikaan kan het daarmee oneens zijn?

Louise O. Fresco
Column NRC handelsblad, 9 februari 2018