MENU

Ecocide is niet lichtzinnig te gebruiken

‘Structureel en bewust maaien […] is eigenlijk ecocide”, stond vorige week in dagblad Trouw. Het was de hartenkreet van een ambtenaar natuureducatie, Peter Bulsing. Want ja, ongewervelden zoals insecten hebben veel last van maaien. „Elk stukje groen behoort tot de natuur. […] de mensheid sterft uit als wij niets doen aan het herstel van de biomassa,” zo stelde hij.

Er is geen reden om te twijfelen aan de oprechte gevoelens van de betreffende ambtenaar. Maar dit is wel een gevalletje eerste klas begripsinflatie waar een verstandige krant vragen over moet stellen. Als een stukje maaien vanwege de gevolgen voor ongewervelden al ecocide is, wat noemen we dan echt ernstige gevallen van aantasting van de natuur? Of de mensheid echt uitsterft als de biomassa (of misschien werd bedoeld de biodiversiteit) van dat maaien niet hersteld wordt – ook een dramatische uitspraak – laten we hier even buiten beschouwing.

Juist de begrippen natuur en ecologie (vaak al door elkaar gebruikt) vragen om zorgvuldig taalgebruik omdat ze beladen zijn met emoties, ideologieën, politieke en persoonlijke belangen. Zoals er groepen zijn die belang hebben bij het uiterst somber voorstellen van het uitsterven van soorten en verdwijnen van ecosystemen, zijn er anderen die er belang bij hebben om daar vraagtekens bij te zetten. Wie financieel afhankelijk is van de publieke opinie en donateurs, helt vaak over naar een dystopisch en vertekend beeld. Zo signaleerde Maarten Keulemans onlangs in de Volkskrant hoezeer de cijfers van het WNF over soortenaantallen, gebaseerd op een selectieve index, ook nog eens statistisch vertekend zijn.

Ecocide is niet opgenomen in de lijst van misdaden waar het Internationaal Strafhof zich over buigt. Het Statuut van Rome maakte er bij de oprichting in 2002 geen melding van. In 2021 pleitte het Europarlement er alsnog voor ecocide op te nemen. Voor terughoudendheid is echter veel te zeggen. Het is heel moeilijk te definiëren hoeveel schade een ecosysteem kan verdragen, en voor hoe lang, voordat het vernietigd is. Bij een geval als het maaien hierboven beschreven zou je eerst een nulmeting moeten hebben van alle ongewervelden en alle vegetatie en een idee van de herstelcurves. En dat op zoveel mogelijk plekken.

Daarbij komt de complicatie van intentionaliteit. Het bewust vernietigen van de natuur moet onderscheiden worden van schade toegebracht als bijproduct van menselijke handelingen. Daartussen zit de categorie van onachtzaamheid en onverschilligheid. Uiteraard zeer laakbaar, maar geen ecocide. Vernietiging van ecosystemen, bijvoorbeeld vervuiling door mijnbouw, is in de meeste landen al strafbaar. Grootschalig en doelbewust vernietigen van de natuur als onderdeel van oorlogshandelingen moet wel als misdrijf benoemd worden, net als het bewust creëren van honger een oorlogsdaad is.

Het weloverwogen en grootschalig vernietigen van de natuur in gewapende conflicten om de vijand uit te putten, vluchtwegen te blokkeren en de bevolking te verjagen, heeft een uitgebreide geschiedenis. Scorched earth, verbrande aarde, werd vaak in oorlogen gebruikt. Het vervuilen van waterbronnen, vernietigen van steden, infrastructuur, gewassen en vee: de Scythen deden het al in de vijfde eeuw tegen de Perzen, net als de Noormannen, de Britten tegen de Boeren, de Japanners in China, de Russen tijdens de Eerste Wereldoorlog en nog vele anderen.

Het criminele begrip ecocide is te belangrijk om onzorgvuldig te gebruiken. Hoe breder de definitie wordt, hoe moeilijker te toetsen. Niet de emotie moet de drijvende kracht zijn, maar de stand van de wetenschap. Het verlies van een soort, hoe betreurenswaardig ook, is fundamenteel iets anders. Zelfs het versneld uitsterven van soorten op sommige plekken is niet gelijk aan het verdwijnen van volledige ecosystemen, laat staan aan ecocide.