Als het recht op vraag of antwoord ontbreekt
Geen auteur is voor mij meer verbonden met de Tweede Wereldoorlog dan Primo Levi. Er moeten alleen al in het Nederlands tienduizenden boeken, fictie en non-fictie, zijn waarin de oorlog centraal staat, direct of indirect via de effecten op latere generaties. Maar het werk van Levi is nog onvergetelijker dan de vele aangrijpende verslagen van anderen. In december 1943 werd hij, afkomstig uit een gegoede, geassimileerde Joodse familie uit Noord-Italië, met andere leden van een verzetsgroep gearresteerd. In februari 1944 volgde het transport naar Auschwitz met 650 mannen, vrouwen en kinderen; minder dan 5 procent van hen overleefden. Levi was 27, opgeleid als chemicus. Zijn wetenschappelijke opleiding en zijn rudimentaire kennis van het Duits waren volgens zijn eigen zeggen factoren in het toeval van zijn overleven.
Maar meer dan dat was het, denk ik, de wil om te getuigen die hem in leven heeft gehouden. Getuigen, tot in de kleinste, nauwkeurige details, van dat gigantische, onvoorstelbare sociaal-biologische experiment waarin de capaciteit om te overleven getoetst werd. Om te begrijpen wat mensen dreef, beulen en slachtoffers, wat een mens ondanks alles tot een medemens maakte of daarentegen een die zijn menselijkheid verloor.
Zijn geheugen was fenomenaal. Geuren, licht, smaken, woorden, geluiden, alles registreerde hij. Levi’s boeken zijn bijna onverdraaglijk door hun wetenschappelijke precisie.
Levi paste zijn talent voor natuurwetenschappelijke observatie toe op alles wat hem overkwam. Zijn doel werd om de structuur en de regels van het kamp te ontcijferen. Alsof het een complex chemische verbinding betrof tastte hij af hoe dingen werkten: het ochtendappèl, de selectie van wie ‘mocht’ werken en wie niet (en dus de dood wachtte), en de zwarte handel die ondanks alles bloeide.
Hij was een van de eersten die beschreven dat intellectuelen een nog slechtere kans hadden om te overleven omdat ze nog minder dan anderen konden accepteren dat de regels niet rationeel of redelijk waren. Vragen stellen, laat staan in discussie gaan, was een garantie op mishandeling of erger. In het universum van het kamp bestond noch het recht op vragen stellen noch op antwoord ontvangen.
Het verslag van die zoektocht, Is dit een mens , verscheen al in 1947, maar trok toen nauwelijks aandacht. Zijn hele leven heeft hij getracht betekenis te geven aan het systeem Auschwitz. Hoewel Levi veel boeken en essays publiceerde, waaronder Het periodiek systeem , kwam hij veertig jaar later, vlak voor zijn zelfgekozen dood, met een vervolg op zijn eerste boek, De verdronkenen en de geredden . Hierin verzet hij zich tegen de mythevorming rond de Holocaust. Het systeem in Auschwitz was gebaseerd op duidelijke machtsprincipes die onderzocht konden – en moesten – worden. Onderdrukking leidt tot corruptie en moreel falen. Zij die overleefden waren niet de besten, maar de medeplichtigen.
Zijn fundamentele vragen zijn nog even pertinent als altijd: hoe kon een geciviliseerde samenleving in deze afgrond terecht komen, wat kunnen wij hiervan leren over de menselijke aard, binnen en buiten het kamp? Pas als wij dat weten, kunnen we oordelen. Objectiviteit, over hemzelf en iedereen om hem heen, waarbij de emotionele betrokkenheid zich niet verbergt maar scherper wordt door de afstandelijke verslaglegging.
In deze tijd, waarin morele oordelen zonder enige andere basis dan vooringenomenheid opborrelen en waarin tegelijk zoveel onverschilligheid bestaat over het lot van zovelen, in kampen, krottenwijken, uitzichtloze levens zonder keuzes, mis ik die wetenschappelijke stem.
Louise O. Fresco
NRC Handelsblad, 4 mei 2020