NRC Handelsblad

Waar het Monsanto en Bayer ook om gaat

Column
Louise O. Fresco

Dat het nog te vroeg is om te oordelen over de voorgenomen overname van Monsanto door Bayer, heeft velen niet van kritiek weerhouden. Afgezien van enkele positieve uitlatingen door economen, is de teneur negatief tot apocalyptisch. „Eén partij bepaalt wat op je bord komt”, „begin van een complex aan menselijke ziekten”, „desastreus en duivels”. Opvallend is hoezeer de kritiek gebaseerd is op karikaturen uit het verleden: Monsanto en Bayer worden gereduceerd tot respectievelijk de producent van agent orange, gmo’s en glyfosfaat. Het ideaal van de critici lijkt een landbouw zonder chemicaliën en zonder genetica. Iedere volkstuinder weet hoe moeilijk voedselproductie zonder chemicaliën is, maar dat maakt het verlangen naar ‘natuurlijk’ niet minder. Bayer en Monsanto moeten deze reacties, hoe eenzijdig soms, serieus nemen en niet alleen met feiten pareren.

Grootschaligheid

Ondertussen heeft het zin orde in de discussie te scheppen. Telkens gaat het over schaal, type producten en keuzevrijheid. Schaalvergroting en consolidatie leveren in andere sectoren minder onrust op, waar slechts een handjevol consumenten zich zorgen maakt over de dominantie van Tata, Apple of Google. Bij voedsel en landbouw boezemt grootschaligheid angst in. Het gevoel geen controle te hebben overheerst en wordt in de supermarkt bevestigd. Niemand vraagt om een lokale telefoonproducent, terwijl de wens om lokaal te eten, te zien waar voedsel vandaan komt, toeneemt. Een megafusie tussen twee ‘giganten’ zou de consument nog afhankelijker maken. In strikte zin is er echter geen sprake van een monopolie. De producten, zeg maar zaaizaad naast biociden, overlappen nauwelijks, dus het marktaandeel groeit slechts licht, tot circa dertig procent. Volgens EU-rapportages maakt een fusie niet veel uit in vergelijking met de huidige situatie. De synergetische effecten zijn groot door de complementariteit, de reden waarom de bedrijven deze stap toch aandurven ondanks mogelijke reputatieschade. Critici suggereren dat de hele voedselketen nu in een paar handen komt. Maar deze bedrijven zijn slechts leveranciers van een deel van de input voor een aantal gewassen. Na zaaizaad en pesticiden volgt nog een hele lange keten, van individuele boeren tot de verwerking en distributie. Monsanto en Bayer verkopen geen brood.

Innovatie

Belangrijk is welke innovaties worden ontwikkeld en wat de betekenis is voor het wereldvoedselvraagstuk. Het grote voordeel is dat het gefuseerde bedrijf zich aan de EU- regels moet houden en de publieke opinie het nauwlettend volgt. Dat zou een aanzet kunnen geven tot vernieuwingen. Het biocidengebruik per eenheid product daalt al jaren. De druk om dit verder te reduceren is groot. Hoewel er nog grote markten te ontwikkelen zijn in Afrika, zal het accent eerder liggen op zaadverbetering. Niet zozeer door genetisch gemodificeerde planten, want daarvoor zullen toezichthouders en publieke opinie voorlopig weinig ruimte bieden, maar wel door het toepassen van nieuwe genetica die niet leidt tot gmo’s.

Achter deze overname verschuilt zich nog een ontwikkeling. De echte paradigmaverschuiving ligt in het gebruik van big data, al ingezet door de overname van Climate Corporation door Monsanto. Het nieuwe business model is de levering van gedetailleerde voorspellingen over klimaat en bodem, kansen op ziekten en plagen gekoppeld aan genetica, vertaald naar aangepaste producten. Daarmee wordt Bayer-Monsanto een agrarische dienstverlener zonder weerga. Dat, naast de effecten voor boeren en de permanente dialoog met de samenleving, zouden de autoriteiten die de casus beoordelen, ook moeten bekijken.

 

Deze column is verschenen in
NRC handelsblad op 21 september 2016