NRC Handelsblad

Handelsverdrag TTIP kan juist positief zijn

Column
Louise O. Fresco

Een nachtmerrie: uitgebleekte, van gif druipende kippenkarkassen die straks hun weg vinden in Europese supermarkten, afkomstig van batterijkippen die hun hele leven geleden hebben. In zijn symboliek staat de chloorkip op hetzelfde niveau als met olie besmeurde zeevogels of de ijsbeerfamilie, eenzaam drijvend op een ijsschots. De chloorkip is hét icoon van de strijd tegen het bilaterale handels- en investeringsverdrag TTIP tussen de VS en Europa. Wij willen geen gevaarlijke troep eten omwille van economisch gewin, zo zegt een groeiend deel van de Europese bevolking, tegen de afspraken van hun regeringen in.

De werkelijkheid van de chloorkip is prozaïsch. Het gebruik van sterk verdunde chloor om voedingsmiddelen te ontsmetten is ook in Europa goedgekeurd, bijvoorbeeld voor sla. De kans om aan deze toepassing van chloor te overlijden is 10.000 tot 1.000.000 keer kleiner dan de kans op dood door pathogenen.

Het verschil tussen de VS en Europa is een verschil in benadering: Europa probeert besmetting gedurende de productie te vermijden, de Amerikanen controleren minder tijdens de productie en compenseren dat met behandeling na de slacht.

De VS mogen op een aantal punten andere normen hebben, zij houden zich wel aan internationale afspraken van voedselveiligheid zoals die in de Codex Alimentarius. Dat die af en toe bijstelling behoeven is een ander punt, maar dat betekent niet dat de VS normen uit hun duim zuigen. Op dit gebied zijn er geen absolute waarheden. Inzichten verbeteren naarmate we meer kennis hebben. De suggestie dat het handelsverdrag met de VS leidt tot onveilige situaties is onterecht. Niettemin bestaan er een paar echte verschillen, onder andere in dierenwelzijn en hormoongebruik. Wat in Europa verboden is, zal echter niet onder het verdrag ineens toegestaan worden.

Degenen die faliekant tegen een handelsverdrag met de VS zijn, beseffen niet dat ze achter de feiten aan hollen. De VS en Europa hebben elkaar nodig nu het economische krachtenveld zo snel naar oost en zuid verschuift. Degenen die denken dat Europa de VS niet nodig heeft, zien over het hoofd dat zelfvoorziening – alles in Europa produceren – een uiterst kostbare zaak is en leidt tot verarming van de variatie in onze consumptie. Hoe groot de effecten van TTIP zullen zijn, is koffiedik kijken, maar de modellen en ervaringen met open markten suggereren dat ze significant en positief zijn. Vrije handel is geen garantie, slechts een noodzakelijke maar niet voldoende voorwaarde voor sociaal en ecologisch duurzame economische groei.

De EU moet vooral niet vervallen in dezelfde fout als met genetisch gemodificeerde gewassen en wat ze nu overweegt met de invoer van genetisch gemodificeerde grondstoffen (veevoer): de beslissing niet centraal nemen, maar aan de lidstaten laten. Dergelijke valse autonomie legt een bom onder het verdrag. Laten we de onderhandelingen gebruiken, niet om het handelsverdrag te traineren of zelfs af te schieten, maar om met de Amerikanen te streven naar een algemeen aanvaarde regelgeving voor voedsel in de hele wereld. De verschillen tussen de VS en Europa vallen immers in het niet vergeleken met de kloof tussen de westerse wereld, en opkomende en ontwikkelingslanden. Daar moeten we ons concentreren op hulp om regulering en training op eenzelfde niveau als bij ons te krijgen. Hier moeten de onderhandelaars luisteren naar de emoties van de bevolking en ngo’s, mits de bereidheid tot debat wederzijds is. Want wie denkt dat hij beter af is als er alleen Europese kippen toegestaan zijn, of als de kipfilet voortaan uit Oekraïne of Vietnam komt, moet zijn portemonnee trekken en zal nog eens dromen van de chloorkip.

 

Deze column is verschenen in NRC handelsblad op 17 juni 2015