NRC Handelsblad

Helderheid en democratie

Louise O. Fresco

Op steeds meer plaatsen in Europa is men de politieke elite beu

In zijn novelle Ensaio sobre a Lucidez – Opstel over de helderheid – beschrijft de Portugese Nobelprijswinnaar José Saramago een imaginaire stad, waar 83 procent van de burgers bij lokale verkiezingen blanco heeft gestemd, bij een opkomst van 100 procent. De politiek raakt volledig in paniek. Dit moet een samenzwering zijn! Met wreed geweld trachten politici de vermeende samenzweerders te onderdrukken. Ze gaan zelfs zo ver dat ze in het geheim een aanslag voorbereiden, om een zondebok de schuld te geven en het bestaan van het complot te bewijzen. De pers gaat eveneens vol ertegenaan, met beschuldigingen en geroddel. Uiteindelijk raakt de verantwoordelijke politiecommissaris als enige ervan overtuigd dat er geen sprake is van een samenzwering, maar slechts van het recht van burgers om collectief geen keuze te maken – een stil verzet, dat uitloopt op een ramp.

De blanco stem van burgers is geen weigering om deel te nemen aan het politieke proces, maar een constatering dat een echte keuze niet meer bestaat. Dat is ook de houding van de duizenden Spaanse jongeren op het plein van de Puerta del Sol. Zij riepen de afgelopen dagen, voorafgaand aan lokale en regionale verkiezingen, op om op geen enkele grote partij te stemmen. Ze staan niet alleen. De Franse studenten die vorig jaar tegen de verhoging van de pensioenleeftijd protesteerden, hadden een vergelijkbaar uitgangspunt, net als de frequente Italiaanse demonstranten, of de anti-globalisten, die in het geweer komen tegen iedere politieke of economische machthebber.

Op steeds meer plaatsen in Europa is de bevolking de gevestigde politiek beu. Of je nu op rechts of op links stemt, het lijkt niets uit te maken. De leiders putten zich uit in vergelijkbare, retorische beloften. Dezelfde figuren komen weer terug. De schaarse nieuwe gezichten lijken klonen van hun voorgangers en even machtsbelust. De wisseling van de politieke wacht biedt geen enkel alternatief en geen enkel nieuw perspectief. De zittende partij of partijen worden afgestraft. De oppositie volgt hen op. Zij wordt vier jaar later getroffen door hetzelfde lot.

Vooral jongeren hebben hier genoeg van. Hun democratie speelt zich niet af in het parlement of de senaat, maar op Facebook en YouTube en op straat. In Spanje beschuldigen ze de regering van het veroorzaken van de economische en financiële crisis. Zelf spreken ze al over de Spaanse lente, naar analogie van de bewegingen in Noord- Afrika. Deze analogie gaat volledig voorbij aan het feit dat ze aan de andere kant van de Middellandse Zee protesteren om te mogen stemmen. In Spanje roepen sommigen juist op om niet te stemmen. Waar de Spaanse jeugd naar verwijst, denk ik, is naar een revolutionair elan, een beweging die alles anders zal maken en al hun problemen zal oplossen.

De aspiraties van alle jongeren zijn identiek en eenvoudig. Ze willen een baan, een woning en een toekomst. Hun stem is er één van onvrede en verontwaardiging, maar ze hebben geen idee waar die banen, huizen en pensioenen ooit vandaan moeten komen. Hun verlangens zijn begrijpelijk, hun onwetendheid van de economie is hun tragische valkuil. Hun desillusie met de politiek en de markteconomie is intens, maar tegelijk ook te kortstondig om de aanzet te geven tot een politieke hervorming. Leiderschap ontbreekt, en dus ook de mogelijkheid om te onderhandelen over een nieuwe koers.

Een dergelijke, volatiele situatie kan niet anders dan ons vervullen met grote zorg . Directe democratie is een gevaarlijk wapen, want er zijn te veel publieke zaken die niet een optelsom kunnen zijn van lokale belangen en hardnekkige vooroordelen over technologie of economie. Uit het niets ontstaat geen nieuwe democratische orde.

In tegenstelling tot Spanje, het Verenigd Koninkrijk of Frankrijk is Nederland, door zijn grote aantal partijen en zijn poldermodel, gevrijwaard van de min of meer mechanische ‘afwisseling’ tussen twee blokken, maar ook bij ons neemt de desillusie met de politiek snel toe, getuige alleen al de grote aantallen reacties in de sociale media op internet (hoe onthullend is die term! Alsof de krant geen sociaal medium is).

Bij Saramago stemt viervijfde van de bevolking blanco. De leiders trekken daaruit geen conclusie. Door gebruik te maken van hun ultieme democratische recht, de blanco stem, maakt de bevolking duidelijk dat ze geen vertrouwen meer heeft in de democratie. Hoe ironisch kan een schrijver zijn? Saramago was een communist. In vele kringen is dit boek geïnterpreteerd als een aanval op de democratie. Ik denk niet dat hij die bedoeling had. Hoewel het slecht afloopt met de politiecommissaris en de gematigde politici worden doodgezwegen, biedt Saramago toch hoop. Zijn lucidez, de spontane helderheid die de eenvoudigste mensen tentoonspreiden, heeft een soort besmettelijkheid die iedereen kan treffen, maar de vraag blijft hoe we die helderheid kunnen koesteren en kunnen omzetten in positieve en realistische vernieuwingszin. Lucide denkers in de politiek, waar vinden we die nog?

 

Deze column is verschenen in NRC handelsblad op
25 mei 2011

Download pdf: Helderheid en democratie